Spring naar inhoud

De hoer van Babylon – Cranach’s Apocalyps in Luther’s bijbel

Een zeer opvallend kenmerk van de eerste editie van Luthers (Duitse) Nieuwe Testament (september 1522) is het feit dat in deze editie maar liefst 15 volwaardige, bladzij-grote gravures zijn opgenomen, allemaal afkomstig uit de 'shop' van Lucas Cranach sr. (drukker: Melchior Lotter), allemaal ter illustratie van het laatste bijbelboek, de 'Openbaring van/aan Johannes'. Inspiratie haalde Cranach overduidelijk bij Albrecht Dürer, die reeds in 1498 een geïllustreerde Apocalyps het licht had doen zien (15 schitterende houtsnedes), waarvan vooral the four horsemen of the Apocalyps nog steeds tot de verbeelding spreken. Op de pagina naast hoofdstuk 16 zien we 'de hoer van Babylon', gezeten op een zevenkoppig monster met 10 horens. Voor haar knielen 'de vorsten der aarde'. Dit is het visioen dat in het volgende hoofdstuk (17) wordt geëvoceerd.

Nieuwe Testament in het Duits: eerste druk: september 1522

Apocalyps, hoofdstuk 17

1Een van de zeven engelen met de offerschalen kwam op me af en zei: ‘Ik wil je laten zien hoe de grote hoer die aan talrijke waterstromen zit, veroordeeld wordt. 2De koningen op aarde hebben ontucht met haar gepleegd, en de mensen die op aarde leven hebben zich bedronken aan de wijn van haar ontucht.’ 3Ik raakte in vervoering, en hij nam mij mee naar de woestijn. Ik zag een vrouw zitten op een scharlakenrood beest vol godslasterlijke namen, met zeven koppen en tien hoorns. 4Ze droeg purperen en scharlakenrode kleren en gouden sieraden, edelstenen en parels. In haar hand had ze een gouden beker vol gruwelijkheden, al haar ontucht en onreinheid, 5en op haar voorhoofd stond een naam met een geheime betekenis: ‘Het grote Babylon, moeder van alle hoeren en van alle gruwelijkheden ter wereld’. 6Ik zag dat de vrouw dronken was van het bloed van de heiligen en het bloed van hen die van Jezus hadden getuigd. Ik was ontzet toen ik haar zag. 7Toen zei de engel: ‘Waarom ben je zo ontzet? Ik zal je de betekenis onthullen van die vrouw en het beest dat haar draagt, met zijn zeven koppen en tien hoorns. 8Het beest dat je zag, was, en is niet; het stijgt binnenkort op uit de onderaardse diepte en zal vernietigd worden. Alle mensen die op aarde leven van wie de naam niet vanaf het begin van de wereld in het boek van het leven staat, zullen verbaasd zijn bij het zien van het beest, omdat het was, niet is, en toch weer zal zijn.’
9Hier komt het aan op wijsheid en inzicht.
‘De zeven koppen zijn de zeven heuvels waarop de vrouw zit, en het zijn zeven koningen. 10Vijf van hen zijn omgekomen, één is er nu, en de laatste moet nog komen en zal dan maar kort blijven. 11Het beest dat was, en niet is, is zelf de achtste koning, al is het een van de zeven, en het zal vernietigd worden. 12De tien hoorns die je zag zijn tien koningen, die nu nog geen koning zijn maar straks samen met het beest voor één uur koninklijke macht zullen krijgen. 13Ze hebben allemaal hetzelfde doel voor ogen en dragen hun macht en gezag over aan het beest. 14Ze binden de strijd aan met het lam, maar het lam, de hoogste Heer en koning, zal hen overwinnen, samen met wie Hem toehoren: zij die geroepen en uitgekozen zijn en die trouw zijn. 15De waterstromen die je zag,’ zei de engel, ‘waar de hoer aan zit, zijn vele landen, en volken van elke taal. 16De tien hoorns die je zag en het beest zelf zullen een afschuw krijgen van de hoer en ze zullen haar te gronde richten. Ze zullen haar uitkleden, haar vlees eten en haar in brand steken. 17Want God heeft hen ertoe aangezet om zijn plan uit te voeren, zodat ze allemaal met hetzelfde doel voor ogen hun macht aan het beest overdragen, tot wat God gezegd heeft werkelijkheid wordt. 18De vrouw die je zag is de grote stad, die heerst over de koningen op aarde.’

Babylon is Rome

Dit hoofdstuk beschrijft het godsoordeel over de grote stad 'Babylon', dat is in de Apocalyps de 'codenaam' voor Rome, hoofdstad van het Romeinse keizerrijk. De 'ziener' viseert, kritiseert in dit visioen de zichzelf vergoddelijkende keizersmacht rond het jaar 100.
In Luther's tijd roept Rome echter vooral kerkelijke associaties op. Niet de keizer, maar de paus 'afhoereert' met het 'beest uit de afgrond' aan wie alle vorsten der aarde tol betalen, tribuut betuigen: De paus is satan, de anti-christ. Hier zit ze, op het zevenkoppige monster uit de afgrond/zee.

Dürer: Venetiaanse Schone - Babylonische Hoer

Albrecht Dürer, 1498, de hoer van Babylon (Apocalyps)

Als ik wat inzoom op de vrouw, komt ze me bekend voor. En opeens weet ik het weer. Het is de vrouw die hij al eens eerder heeft geschetst, in Venetië, maar dan wat ouder geworden. Een Venetiaanse vrouw (een courtisane?). Ze heeft zelfs nog dezelfde kleren aan. Hieronder ziet u links de tekening van een Venetiaanse vrouw Dürer/1495; en rechts de 'hoer van Babylon' uit de Apocalyptische ets Dürer/1498. Terzijde: het feit dat Dürer z'n eigen schets heeft gebruikt voor de ets, is niet nieuw. Nadat ik het zelf had ontdekt, heb ik de gekende monografie over Dürer van Heinz Lüdecke nog eens opgeslagen uit 1970. En ja hoor, daar staat dat ook al gewoon in.1

Cranach: copy/paste met Tiara (september 1522)

Als de eerste druk van het Nieuwe Testament op de markt komt (een gigantische druktechnische en logistieke prestatie trouwens) net op tijd voor de boekenbeurs in Frankfurt (september) staan er paginagrote afbeeldingen bij de Apocalyps, o.a. ter illustratie van hoofdstuk 17. Waar Cranach de mosterd vandaan heeft gehaald is duidelijk. De afbeelding is als geheel versimpeld, maar het hoofddeksel van de Babylonische madam is verhoogd: drie-lagig is het nu. Het lijkt wel een kroon zoals de paus draagt: de tiara...

Lucas Cranach de hoer van Babylon (Neue Testament, 1522-september)

Geen verrassing, want zo had Luther zeker na zijn excommunicatie uit de kerk (1520) geregeld gesproken over de paus (en zijn macht). En na zijn doodvonnis op de Rijksdag in Worms, helemaal. En als Luther het zelf al niet zo zou hebben voorgesteld, dan zeker zijn collega/vriend, Philip Melanchthon, professor Grieks en Retorica in Wittenberg. In de periode dat Luther ondergedoken zat op de Wartburg, had hij in Wittenberg - samen met prof. von Bodenstein (Karlstadt) - de leiding, en ze hielden zich niet in. Het 'Passional Christi und Anti-christi' dat in 1521 verscheen (in een Latijnse en Duitse editie) met etsen van Cranach en teksten van Melanchthon, ademt dezelfde geest, slaat een gelijke toon aan...

Was de keurvorst van Sachsen misschien 'niet blij' met zo'n regelrechte aanval op de kerkvorst van Rome. Een bijbeleditie is geen pamflet (in Duitsland bestond een echte cartoon-cultuur) van een anonieme uitgever, maar een officieel boek (met naam/toenaam). Of kwam Luther zelf tot bezinning (second thoughts). Ik weet het niet, maar als er in december 1522 een tweede druk nodig is (en die blijven elkaar in snel tempo opvolgen (1524 al meer dan 30 drukken!), zijn de bovenste twee lagen van het hoofddeksel 'ausradiert', is er geen tiara meer.

Cranach verwijdert de tiara (december 1522)

Lucas Cranach, de hoer van Babylon (Neue Testament Deutsch, 1522-december)
links het Septembertestament 1522 -- rechts het Decembertestament 1522

Dit blijft in de snel op elkaar volgende herdrukken.... maar toen ik voor de aardigheid eens een latere bijbeleditie opensloeg (1534), toen zag ik dat er nog steeds illustraties waren in dit bijbelboek, maar... nieuwe, niet meer 'full-page', maar ingevoegd in de tekst en gemoderniseerd. Opnieuw uit de werkplaats van Lucas Cranach, artiest onbekend.

Meester M.S. (werkplaats Cranach) voegt de tiara weer toe (1534)

De setting is minder mythisch (een vertrouwd stadsgezicht op de achtergrond) en de afbeeldingen staan nu gewoon in de tekst ingevoegd. En de strijd met Rome en de kerkelijk-keizerlijke macht is gestreden. Er is geen behoefte meer aan terughoudendheid: De paus = de antichrist. De hoer van Babylon draagt duidelijker dan ooit de pauselijke kroon: de tiara.

Deze afbeelding staat bovenaan de bladzijde van hoofdstuk 17. In vele edities... ingekleurd: Wie is de - zeer kundige - en zeer bijbelvaste (de ontbrekende rivier en de engelen zijn toegevoegd) - graveur? We weten het niet. We kennen enkel zijn initialen: MS. Hij is geïnteresseerd in landschappen en dorpen/steden (uitgewerkte achtergronden). Soms signeert hij zijn houtsnedes, onopvallend, bijv. hieronder, op het plakkaat aan de muur achter Delilah, die de lokken van Samson/Simson afknipt.

Monogrammist MS, Delilah snijdt het haar van Simson af (detail). Op het plakkaat rechts het Monogram „MS“ met jaatal 1532,: Biblia, Das Ist, Die Gantze Heilige Schrifft Deudsch. Martin Luther, Bd. 1, Wittenberg 1534 (Hans Lufft). (Signatur: Cl I : 58 [b], Foto: Digitale Sammlungen der Herzogin Anna Amalia Bibliothek, Weimar).

Uit diezelfde editie dan ook nog eens de 'heading image' of chapter 17:

https://haab-digital.klassik-stiftung.de/viewer/image/4135911218/984/

  1. Heinz Lüdecke, Albrecht Dürer, VEB E.A. Seemann-Verlag, Leipzig, 1970, p. 14: "In Venedig interessierte Dürer das Leben, die historische Architektur und die Gegenwartskunst. Er [...] zeichnete [...] eine fein gekleidete Venezianerin, der er drei Jahre danach die unrühmliche Rolle der «babylonischen Hure» in der «Apokalypse » zuwies". Wellicht was Lüdecke ook niet de eerste.